Persbericht 12 maart 2013
Minister Plasterk biedt onderzoek(je) Roel van Duijn versus geheime dienst aan
Vandaag heeft, na jarenlange procedures, een gesprek plaats gevonden tussen minister Plasterk en mij, op het ministerie van Binnenlandse Zaken.
Dit omdat ik herhaaldelijk verzocht had om een grondig onderzoek naar de decennialange privacyschending door de geheime dienst, alsmede laster en ontvoering. Dit alles is beschreven en uitvoerig gedocumenteerd in mijn recente boek “Diepvriesfiguur”. Aanwezig was ook een vertegenwoordigster van het ‘Comité rechtsherstel Roel van Duijn’.
De minister heeft zijn opstelling herzien. Onlangs noemde hij in antwoord op vragen van het Kamerlid van Raak dit onderzoek ‘taak noch bevoegdheid’ van de Commissie Toezicht Inlichtingen en Veiligheidsdiensten (CTIVD).
Vandaag echter heeft hij het aanbod gedaan de CTIVD ‘bij uitzondering’ een beperkt onderzoek te laten uitvoeren naar de vraag of de BVD in het verleden “bijzondere middelen” tegen mij heeft ingezet. Daaronder wordt verstaan: telefoon aftappen, brieven openen, schaduwen. Tegelijk deelde hij mee dat de AIVD meent dat dit niet zo is.
Als onderzoek vermomde voortzetting van de doofpotpolitiek van de AIVD
Mijn reactie is dat dit een te mager aanbod is. Het gaat erom dat er een diepgaand en onafhankelijk onderzoek gaat plaatsvinden waarin geëvalueerd wordt of het optreden van de geheime dienst jegens mij rechtmatig en behoorlijk is geweest. Zodat Nederland over deze nog steeds actuele vragen iets kan leren, zoals ook de Nationale Ombudsman in zijn uitspraak hierover benadrukt heeft.
Een formeel antwoord op de vraag of er “bijzondere middelen” door de BVD zijn ingezet is nauwelijks relevant, omdat al lang uit de 1500 losgewrikte documenten van de geheime dienst duidelijk geworden is dat deze dienst abnormale middelen en energie heeft vrijgemaakt voor spionage naar mijn persoon en mijn bewegingen. Al lang is gebleken dat daarbij op ruime schaal gebruik is gemaakt van infiltratie, observatie en andere middelen.
Het aangeboden onderzoek is weinig meer dan een als onderzoek vermomde voortzetting van de doofpotpolitiek van de AIVD.
Bovendien rijst de vraag in hoeverre de CTIVD werkelijk een onafhankelijk toezichtorgaan is, nu niemand minder dan chef van de AIVD een brief aan mij geschreven heeft waarin hij verklaart dat de CTIVD dit onderzoek “simpelweg” niet kan doen.
Nodig is dan ook dat het onderzoek gedaan zal worden onder leiding van een gerenommeerd wetenschappelijk instituut, door een commissie die deels uit historici, deels uit juristen en veiligheidsexperts bestaat.
Tweede gesprek
Het gesprek zal over een maand worden voortgezet. Ondertussen is het woord aan de leden van het parlement. Het ‘Comité Rechtsherstel Roel van Duijn’ en ik zullen ingaan op diverse uitnodigingen van de fracties in de Tweede Kamer om zich over het vereiste onderzoek te informeren en zich een mening te vormen.
Roel van Duijn
Ex-Provo, Kabouter, politicus